28 december 2010

Wet van de kleine getallen.

Bij het lezen van het bericht dat het aantal doden dat gevallen is bij wat dan aangeduid wordt als 'doding-zelfdoding', waarbij dus de dader ook zichzelf het leven beneemt, moest ik denken aan wat ik de "wet van de kleine getallen" noemde. Die wet had ik zelf bedacht *) en luidde kort en goed dat "voor kleine getallen gaat de wet van de grote getallen niet op". Het leek me een trivialiteit, maar er was alle reden om dat in een extra wet te verwoorden want er waren maar al te veel mensen die al te graag ook op kleine getallen de wet van de grote getallen toepasten.

Zoals nu. Het aantal gevallen van doding-zelfdoding is in één jaar gestegen van 9 tot 22. Meer dan 100% wordt er dan bij gezegd, waarbij de grote-getallen-wet al om de hoek loert. Maar het is absoluut niet duidelijk wat het gemiddelde over bijvoorbeeld de laatste 10 jaar is. En bovendien is dat aantal van 9 zó klein, als er één geval meer of minder is is dat al een stijging van 11%!
Typisch een geval van de wet van de kleine getallen.
De minimale toe- of afname is 1, dus 9 is weinig. En 22 is nog steeds weinig. En 13 erbij lijkt wel veel, maar is dat niet. Eén ouder die die zichzelf, de partner en 3 kinderen vermoordt en we zitten al bijna op de helft van de toename. En als een groot deel van de groei al door één zo'n incident veroorzaakt kan worden, dan is er geen spraken van een trend, maar van een toevalligheid.
Kijk eens naar het aantal berichten in deze blog dat ik heb geproduceerd. Deze maand maar liefst 3 keer zoveel als de maand daarvoor! En anderhalf keer hoger dan het maandgemiddelde van bijna 6!!
Geen enkele waarde aan toekennen. Allemaal kleine getallen.

Kortom, op kleine aantallen laten we geen statistiek los, we doen er geen procentuele uitspraken over, we vergelijken de getallen zelfs niet met elkaar. Het zijn er méér, in dit geval althans. That's it.

*) Toen ik deze wet een keer verwoordde tegen een collega, zei ik erbij dat dat mijn 3de wet was. Met open ogen trapte hij in het valstrikje dat ik daarmee had gezet.
"Wat zijn die andere twee dan?" vroeg hij. "Die zijn te moeilijk voor jou, zou je toch niet begrijpen." liet ik hem weten

24 december 2010

Moeders gezegde (3)

Kwam vanochtend plotseling boven toen ik achter een wel héél trage auto reed: " Schiet op,een uur is te lang." dacht ik.
Van eer ik kon praten heb ik dat al gehoord, dus(?) pas recent realiseerde ik me dat ik dat altijd als een mantra voor "dat duurt te lang" heb ervaren en nooit de inhoud heb gehoord. Zoals met andere uitspraken van haar.

20 december 2010

PvdA

Zag gisteren bij toeval een reclame van de PvdA en het viel me opnieuw op hoe gedateerd die naam eigenlijk is. "Partij van de Arbeid" is zó jaren '50/'60 van vorige eeuw, dat kan anno 2011 ècht niet meer. Het woord 'arbeid' alleen al.
Werk is veel minder belangrijk geworden en is bovendien vrijwel gegarandeerd. Onvrijwillig werkeloos komt nauwelijks meer voor en de sociale voorzieningen in Nederland horen tot de beste van de wereld.
Andere issues zoals gelijkberechtiging, milieu, vergrijzing, rechtshandhaving zijn allemaal vele malen belangrijker geworden.

Een moment later kwam mijn onderbewuste met het voorstel: "Partij voor de Ander", maar ik realiseerde me vrijwel meteen dat je met zo'n naam het je politieke tegenstanders wel èrg makkelijk maakt. "Dat is geen partij voor u, maar voor de ander." Zij het dat het de mensen die wèl nadenken zou kunnen aanspreken.

Mogelijk zit er niets anders op dan, net als het CDA eind jaren '70, te fuseren met andere partijen, GroenLinks, D66, eventueel de SP, zodat er een nieuwe, aansprekende naam bedacht kan worden.
Die dan, hopelijk, weer een halve eeuw mee kan.

16 december 2010

Principes

Beleid, zo definieerde mijn vroegere, goede collega Elmer K. eens, is een set van tevoren genomen beslissingen. En principes zijn net zo. Je hoeft dan niet in ieder geval na te gaan hoe je moet besluiten maar kunt je houden aan een leidraad, beleid en/of principes. De laatste liggen meestal op ethisch vlak. Je moet niet liegen, de ander überhaupt geen schade berokkenen, goed zijn voor het milieu, dat soort dingen

In het najaar vind ik een hoogtepunt op tv de danswedstrijd op de BBC "Strictly come dancing". Daarin worden dansprofessionals gekoppeld aan 'celebrities', zeg maar BE'ers, en wordt er iedere week door ieder danspaar een nieuwe dans ingestudeerd, ballroom of latin, of wat daar vlakbij ligt, zoals de charleston.
Daarbij worden ze van commentaar voorzien èn beoordeeld door een deskundige jury en ook het publiek mag haar zegje doen. Tenslotte valt het stel met de laagste score af, waarbij het publiek het laatste woord heeft. Reden dat Anne Widdecombe, een conservatief parlementslid die net zo veel talent heeft voor dansen als een vis voor fietsen, het tot de halve finale schopte. Want hoe tenenkrommend ook, entertainig was het.
Nu is het in de ballroom formeel niet toegestaan een zogenaamde 'lift' uit te voeren, dat is een beweging waarbij een danser met beide voeten tegelijk van de vloer komt, meestal doordat haar partner haar (te ver) optilt. Eén van de juryleden, Craig Ravel Horwood, is daar zeer op gespitst en hoe mooi de dans ook wordt uitgevoerd, als hij meent een lift te zien, vrijwel altijd terecht, zal hij, uit principe, een punt in mindering brengen. Reden waarom de ravissante Kara Tointon een hoogste score van drie tienen en één negen had.

Ander geval. Eveneens in het najaar is er op tv in NL de serie ' Kijken in de ziel' , waarin Coen Verbraak een aantal professionals interviewt en daar confronteert met de meer filosofische aspecten van hun beroep. Drie jaar geleden waren dat de psychiaters en die serie bleek zo succesvol dat vorig jaar de voetbaltrainers - god mag weten waarom díe - en dit jaar de advocaten aan de beurt waren.
Nu kwam daarbij hun geheimhoudingsplicht aan de orde en de interviewer liet de kans niet voorbij gaan daar eens aan te schudden. Wat, zo was de vraag, zouden de advocaten doen als ze van hun cliënt te horen zouden krijgen dat er een aanslag zou worden gepleegd waarbij hoogstwaarschijnlijk ook een aantal onschuldige mensen om het leven zou komen. Mijn favoriete Theo Hiddema, een glibber van een man maar meestal met dezelfde antwoorden als ik gegeven zou hebben, was direct naar de politie gestapt. De meeste anderen zouden de deken van de orde van advocaten hebben ingelicht, zich daarmee achter diens brede rug verschuilend, een standpunt dat ik ook zéér kan billijken.
Maar mevrouw Oldenburg achtte haar geheimhoudingsplicht zó heilig dat ze haar mond zou houden. "En als uw tante nu tot de slachtoffers zou horen?" vroeg Verbraak. Tja, dan zou Oldenburg haar dat weekend voor een uitje meenemen naar Vlissingen, maar inlichten, daar kon geen sprake van zijn. Zoals gezegd, uit principe ging de geheimhoudingsplicht vóór alles.

Mijn vader, zaliger nagedachtenis, was een godvrezend man, overtuigd gereformeerd en propageerde ijzeren principes. Maar toen ik hem als puber vroeg of je in de oorlog mocht liegen als je door de Duitsers werd gevraagd naar onderduikers, toonde hij geen spoor van twijfel, dat mocht. In principe mocht je niet liegen, maar hier gold dat niet. Hoewel, maar misschien is dat een broodje aap, er wel streng gereformeerden waren die uit  principe niet logen, ook niet in de oorlog.

Het grote verschil ontstaat of je iets doet 'uit principe' of 'in principe'. In het eerste geval schakel je je geweten uit en word je een robot. In het tweede geval zul je, ondanks je principes, dit specifieke geval toch opnieuw moeten bezien en een goeie beslissing nemen. Want principes gelden voor de mééste gevallen, niet voor alle.

12 december 2010

Moeders gezegde (2)

Eerder schreef ik over mijn moeder en de zegswijzen die zij bezigde.
Vandaag, nadat ik druk in de weer was geweest en uitpufte bij de thee, herinnerde ik me: "Je zit te zuchten as een poep die gort egeten hèt.".
Die ik lief heb had het nog nooit gehoord, niet van mij en zeker niet van mijn moeder.

Tekst bewerken

Waarom bestaat er geen programmaatje dat ook actief is op mijn gsm bij het sms-en en dat woorden afmaakt als ik pas de eerste paar letters heb getikt?
Plus wat extra wensen, nu ik toch bezig ben.

Uiteraard moet er een uitgebreid woordenboek in zitten, bij voorkeur met per woord de relatieve frequentie waarmee dat woord wordt gebruikt. Dus van meest gebruikt woord tot hoogst zelden voorkomend.
Bij de woorden die ìk gebruik moet die algemene frequentie door die van mij worden vervangen en moet dat programmaatje de suggesties doen in die volgorde.

Bovendien zou er een corrector in moeten zitten die ik zelf evt kan aanvullen. Die dus evt omzet in evt., met punt.
Dus wat het programmaatje niet herkent moet vervangen worden door een tekst met de minimale Levenshtein-afstand .... (wat u zegt buurman).

Uiteraard moet er een mogelijkheid zijn om langere stukken (standaard)tekst met een shortcut in te vullen.

Tenslotte moet het zelf lerend zijn, zodat ik bijvoorbeeld mijn reeds geschreven teksten kan invoeren en het programma de gebruiksfrequenties kan bepalen.

Als dat nog per taal kan, zou dat mooi zijn, hoewel ik, naast Nederlands, alleen Engels nodig zou hebben

Vraag is natuurlijk of zoiets al niet bestaat.
Ik heb nu PhraseExpress maar dat werkt niet. Bovendien, en dat haat ik, zijn die bestanden waar het programma gebruik van maakt niet toegankelijk.Héél vervelend.

8 december 2010

NL daalt in onderwijsranking

Mw. drs. G.  Ledoux, Guuske voor intimi, is wetenschappelijk directeur van het Kohnstamm instituut, dat zich met onderwijs bezig houdt. Zij vindt, nav het feit dat NL weer gedaald is in de onderwijsranking , het belang van wiskunde overtrokken. Tja, mw. heeft zelf pedagogiek gedaan, dan mag je dat wel zeggen.
Ze oreerde voor de radio dat slechts 3% van de NL-bevolking min of meer dagelijks wiskunde nodig had, dan wel gebruikt, dus waarom daar zoveel aandacht voor? Ik wist niet dat die statistiek die ze bij pedagogiek gebruikten om nog iets van een selectie te kunnen toepassen, zoveel frustratie had achtergelaten.
Zij vergist zich, schromelijk, zoals dat vroeger zo mooi heette.
Er zijn talloos veel mensen, ook van Guuske's leeftijd nog, die door wat ze bij wiskunde leerden nog steeds aardig kunnen rekenen en zich daardoor geen knollen voor citroenen laten verkopen. En, zo mogelijk nòg belangrijker, min of meer logisch kunnen redeneren. Want dat is het eigenlijk waar het bij wiskunde om gaat.

Ook dat NL gedaald is vindt ze niet erg, er doen meer landen mee en sommige daarvan waren beter. Kijk dáárvoor heb je nou wiskunde nodig, om logisch te redeneren en het gebrek daarvan bij anderen aan de kaak te stellen.
Want de juiste conclusie van mevrouw zou moeten zijn: als we niet zijn gedaald, stonden we blijkbaar altijd al lager dan we dachten!

Wij denken een kenniseconomie te kunnen worden door met een minimum aan investeringen - NL geeft minder dan gemiddeld in de EU uit aan onderwijs - de top te kunnen halen. Terwijl in het verre oosten elk jaar miljoenen ingenieurs en andere exactici afstuderen, allemaal eager om te presteren. En Zuid-Korea ons fluitend voorbij streeft in prestaties, onderwijsbegroting en bijna dat hele land al voorzien is van glasvezel.

Het zal niet eens meer een decennium duren of we zijn veel verder teruggevallen dan nu al het geval is en als een soort reservaat, vergelijkbaar met dat van Indianen en Aboriginals, zullen hordes Chinezen, Indiërs en anderen uit het verre oosten ons als toerist bezoeken. En die zullen uit dat bezoek de lessen trekken wat je krijgt als je de vijf tot 15 miljard die nu jaarlijks nodig is voor onderwijs níet investeert. Dankzij de Guuske's van dit land.

Post scriptum. Kwam dit nog tegen: de hoogst gerate banen (in de USA) met wiskundigen op 1. I rest my case, om met mijn nicht(je) te spreken.

5 december 2010

Marketing en duurzaamheid

Ik ben geen early adopter. En als ik al iets nieuws koop dan doe ik daar veel langer mee dan de industrie lief is. Mijn huidige pc is ruim 5 jaar oud en onze tv zelfs al 14 jaar, zij het dat het wel een 50 inch is. Ook voor nu nog héél groot.
Waar ik me in toenemende mate aan erger is dat domme gedram om ons aan overbodige spullen te krijgen. Of, ernstiger, normale zaken als problematisch te verkopen.
Terwijl een ietwat terughoudende attitude zo veel impact kan hebben op ons milieu.

Van het eerste is de laatste hype op entertainmentgebied een goed voorbeeld. Iedereen moet, voorzover hij al een HD-tv heeft, nu aan de 3D-tv, bij voorkeur met hoofdletter om het belang niet onderbelicht te laten. Toen de CD met veel reclamegeweld ons werd opgedrongen was het meest aansprekende argument de kwaliteit van het digitale geluid. Geen krasje, stofje of hickup meer zoals op de oude platenspeler niet ongebruikelijk was. Nee, genieten van het geluid zoals dat was opgenomen, studiokwaliteit kortom.
Toen al realiseerde ik me dat de meeste mensen helemaal niet de vereiste adequate weergaveapparatuur thuis hadden staan. En de paar die wèl over de goeie boxen en versterker en wat dies meer zij beschikten, hadden wel  huisgenoten of buren of omgevingslawaai die de muziek meer verstoorden dan ze vroeger, met de platenspeler, voor mogelijk hadden gehouden.
Ook de, eerst nog, HD-tv en nu dan 3D-tv belooft veel meer dan ze waar kan maken en de veel hogere prijs, zowel in aanschaf als in abonnement, rechtvaardigt. Heeft men zich wel eens gerealiseerd dat je ogen op z'n best zijn op 15 jarige leeftijd en dat de volwassenen die zich zo'n dure tv kunnen veroorloven meestal zoveel brillen nodig hebben, dat die extra geboden kwaliteit volledig aan hen voorbij gaat? Net als overigens dat betere digitale geluid voor het overgrote deel de volwassen hersenen niet bereikt, gefilterd als het wordt door het afnemende gehoorbereik.
Niet alleen op multimediaal gebied is deze gewoonte, ons lastig vallen met eigenlijk overbodige spullen, gebruikelijk. Het nieuwste zijn de winterbanden.
Decennia lang hebben we in ons platte land waar het, gezien ons zeeklimaat, beperkt sneeuwt of vriest, goed kunnen doen met de banden waar we ook in de zomer mee reden. Als we naar wintersport gingen namen we sneeuwkettingen mee, die je overigens ook maar sporadisch hoefde te gebruiken, en de locals hadden winterbanden, maar dat was niet zó gek, want sneeuwkettingen onderdoen was niet bepaald een pretje.
Nu moet plotseling iedereen aan die winterbanden, sterker nog, in een aantal landen is het strafbaar als je ze niet hebt! En de banden- en garage-industrie wrijft in de handen en niet van de kou. Want die winterbanden staan driekwart van het jaar te verdrogen, gaan dus veel korter mee dan mogelijk is dus moeten veel eerder weer vervangen worden dan je op grond van de gereden kilometers zou verwachten, zonder dat het veel meer veiligheid oplevert.In tegendeel, doordat meer mensen zich veiliger voelen wordt er onvoorzichtiger gereden. Tel uit je winst.

Een voorbeeld van het tweede, normale zaken als problematisch verkopen, is ernstiger. Hoe zijn we de afgelopen decennia niet onder vuur genomen als het ging over ons cholestorolgehalte? In het boek De Cholesterolhype wordt omstandig beschreven hoe we beduveld werden door de medische industrie: verzadigde vetten verhogen het cholesterol niet; een verhoogd cholesterol verhoogt het risico op hart- en vaatziekten niet; cholesterolverlagende medicijnen (statines) werken alleen bij mannen van middelbare leeftijd en niet bij vrouwen en ouderen; statines hebben veel meer vervelende bijwerkingen dan de meeste artsen denken. Nou daar sta je dan met je zoveel gezondere levenswijze.
En een nieuw voorbeeld doemt op, beschreven in het boek Selling the Fountain of Youth, waarin aan de kaak wordt gesteld dat we nu te horen krijgen dat oud worden een ziekte is. Hoeveel erger wil je het hebben?

De bioloog Midas Dekker heeft ooit berekend dat het hebben van geen kinderen zijn grootste bijdrage een een verantwoord milieu is. Als zou hij jaarlijks 3 keer met het vliegtuig op vakantie gaan naar een ver land dan nòg zou de balans voor hem positief uitslaan vergeleken bij mensen met een paar kinderen. Dat argument kan breder worden toegepast.
Als je minder hebt, dan wel minder vaak iets nieuws koopt belast je het milieu veel minder en is je bijdrage aan onze duurzaamheid nauwelijks te verbeteren. Bovendien is het goed voor je portemonnee. En dan heb ik het nog niet eens over de keuzeoverdaad waarmee de marketingafdelingen van de bedrijven ons mee dood gooien. Iets waarmee, zo wijst een proefschrift binnenkort uit, de industrie ook nog eens aanzienlijk kan besparen.
Kortom, laten we net als wij al tijden doen, niet meer achter iedere hype aanrennen. Kijk wat je nodig hebt en doe daar mee tot het niet meer voldoet. Hoe simpel kan het leven zijn? En uw Nachwuchs, net als Midas zijn wij zonder, zal ons er dankbaar voor zijn.

2 december 2010

Dansen

Het is nu bijna 20 jaar geleden dat mijn lief en ik zijn gaan dansen. En met enige tussenpozen doen we dat nog steeds. Ballroom en Latin, om geen misverstand te laten bestaan.
Eén van de problemen die we daarbij hebben is het geheugen. De mens, althans de bevolkingsgroep(en) waar wij van afstammen, is niet geëvolueerd om dansen te onthouden. Zijn sommige melodieën zo 'sticky' dat je ze na een paar keer gehoord te hebben niet meer uit je hoofd kunt sláán, een beetje niet triviale volgorde van danspassen weet je soms dezelfde avond al niet meer. Laat staan enkele dagen zonder aandacht later.
Ik heb me al eens afgevraagd of er, in navolging van muzieknotatie, ook geen dansnotatie bestaat. Uiteraard is die er wel, maar wordt alleen door choreografen gebruikt of is zó ingewikkeld dat ze onwerkbaar is.
Zelf heb ik wel geprobeerd, jarenlang zelfs, om de dansen die ik aanleerde op te schrijven, de ene keer beschrijvend, de andere keer minutieus de stappen weergevend, maar altijd bleek na enige tijd dat de beschrijving incompleet was geweest en ik zelfs de essentie van de figuur niet had weten te vatten. Meestal waren essentialia zoals de houding of vitale tussenpassen niet weergegeven zodat ik hopeloos in de knoei raak als ik nog eens iets van jaren geleden probeer te reconstrueren.
Nu hoorde ik deze week de erg mooie actrice Kara Tointon, die dit jaar meedoet aan de danswedstrijd van de BBC "Strictly come dancing", zeggen dat ze de passen beter onthield als ze die koppelde aan een ritmisch wijsje. Voor haar is dat met name van belang omdat ze in een innemende documentaire haar vrij stevige vorm van dyslexie liet zien. Dit bracht me op het volgende idee.

Bij ballroom en latin zijn de dansen vaak opgebouwd uit een aantal kleinere figuren, die vaak maar uit enkele passen bestaan, zelden meer dan 5. Ongeveer zoals een zin uit woorden bestaat.
En die kleinere figuren zijn vaak zelfs ook nog variaties op een thema. Zo bestaat bijvoorbeeld de chassé, een combinatie die zowel in de cha-cha (nooit chac-cha-cha zeggen) als in de jive of in (sommige) ballroomdansen voorkomt. Die chassé is oorspronkelijk een zij-sluit-zij beweging waarbij de eerste twee stappen halve tellen zijn en de laatste een hele tel. Maar die chassé wordt ook gedaan als stap naar voor, andere voet achter voorste, voorste verder naar voren in hetzelfde ritme, zeg maar voor-kruis-voor. Dat heet een cross step. En die kan ook naar achteren. Je ziet op één thema al drie variaties.

Mijn idee houdt in dat we woorden en ritmes verbinden aan die basisfiguren. Als je daar afspraken over maakt en je leert die met het leren van de dans, kun je niet alleen veel makkelijker die dans onthouden, je kunt die ook veel eenvoudiger leren.
Een voorbeeld (en niet meer dan dat). Een chassé naar links kan, in het ritme kort-kort-lang, benoemd worden met 'chassé left', of 'chassé right', al naar gelang de kant die je opgaat. En de boven beschreven  cross step wordt dan, in hetzelfde ritme, 'cross step walk' of 'cross step back', al naar gelang je naar voren of naar achteren gaat.
Uiteraard hoeven de woorden niet Engels te zijn en kunnen ook Nederlandse equivalente of ander woorden worden gezocht. Maar het lijkt me niet onverstandig bij bestaande termen aan te sluiten zodat dansleraren er weinig moeite mee zullen hebben. En die bestaande termen zijn nu eenmaal vooral in het Engels.
Nog een voorbeeld. Een pas naar voren geven we aan met 'walk', het herplaatsen van een voet met 'place', een pas naar achteren met 'back' en een pas opzij met 'side', waarbij de kant die van de voet is die aan de beurt is, dus rechts voor je rechtervoet. Dan wordt de basispas - het vierkantje - van de Engelse wals beschreven door: rechts begint: walk, side, close, back, side, close in het ritme lang-lang-lang. Op die ritmische manier uitgesproken krijg je al het wezen van de dans mee.
Uiteraard is dit niet volledig. Je zult ook moeten weergeven of en hoe je draait, zeker in zo'n basisfiguur, maar mogelijk dat je zo'n elementair stuk dans door een aantal lettergrepen die overeenkomen met de passen kunt weergeven.

Als op die manier ingewikkelde figuren worden teruggebracht door zacht gezongen cadansen (sic!) wordt het onthouden, in ieder geval voor mij, een heel stuk eenvoudiger. Ik ga eens een wat ingewikkelder figuur op die manier proberen weer te geven.

Post scriptum.
Mijn naamgenoot, Haskelladept en J-kompaan maakte me erop attent dat Aboriginals al eeuwen lang melodieën neuriën die informatie bevatten over het landschap zodat ze weten waar ze zich bevinden . Hij had dat uit 'Gezongen aarde' van Bruce Chatwin. Laat dat nou volledig nieuw voor mij zijn. Wel plezierig dat ik iets bedenk dat zijn waarde al bewezen heeft ....